Zondag 5 september opende Wim Hazeu de tentoonstelling van Paul Ovink en Antoinette Willems met een verrassende openingsrede: “Zie maar, U ziet niet wat u ziet”. Dit is een variatie op de regel van de dichter Martinus Nijhoff: “ Lees maar, er staat niet wat er staat”.

Zo maakte Wim een afgeleide: “ Zoals U ook geen opening hoort. Een opening is, hierbij verklaar ik deze tentoonstelling voor geopend. Maar hier gaat het anders, de spreker zoekt een opening. Zie maar, U ziet niet wat u ziet”.

Met deze woorden kondigde hij het werk van Paul en Antoinette  aan. Paul schildert lappen, kleden, doeken, ze werken als sluiers. De bezoeker ziet schilderijen van Paul, waarbij je niet ziet wat je ziet, aldus Wim. Als bezoeker kom je in de rol van de fantast, van de verteller, van de onthuller, van de voyeur. Op de schilderijen hebben de gedrapeerde stoffen de hoofdrol, zij opbaren en verbergen. Als sluiers beschermen zij de schoonheid, de zuiverheid en het meest kwetsbare, onze fantasie. Gelukkig zijn er kunstenaars, als Paul Ovink en Antoinette Willems, die met hun werk de waarheid ook oplichten. Zij geven ons doeken en beelden, die wij kunnen oplichten en dan komen wij in hun en onze wereld van emotie en schoonheid.

Het wonder van de beelden van Antoinette begint bij haar materiaal, stoffen met wonderschone namen. Proef ze op de tong en in uw oor. Albast, serpentijn, lindehout, iroko, brons. De beeldhouder laat zich verleiden door het materiaal. Het materiaal doet haar leven. Scheppen, creëren is leven, aldus Wim. Het materiaal dicteert, het materiaal is kwetsbaar en kan breken. De kunstenaar twijfelt en is aan twijfel onderhevig. Zal mijn schepping breken? Die spanning zit in al het beeldhouwwerk, in het proces van visioen (wat zal het worden) naar visie (wat is het geworden). En die visie wordt de vrouw in al haar mysterieuze, wonderschone, om tederheid en tastzin vragende vrouw.

Dit zijn enkel zinnen uit het openingswoord van Wim, waarmee hij aangeeft dat hij een kunstenaar van het woord vertegenwoordigt.

Tot slot bedankte hij de gastheer en stelde dat Baarn een wonderschone galerie rijk is.

Galerie Peter Altena.